Het is alweer een tijdje geleden sinds we ons laatste internet cafe ingedoken zijn. De vorige keer, in Budapest, hadden we een beetje haast, dus hier een kort reisverslag van de afgelopen paar dagen.
Om verder te gaan waar we de vorige keer geeindigd zijn: na het bezoek aan het internetcafe in Praag zijn we op zoek gegaan naar wat lekkers te eten. We kwamen uit bij een heel gezellig ogende tent in een veel te chique buurt, welke ons aansprak vanwege de aanwezigheid van een tuintje achter het restaurant. Het tuintje bleek gesloten, het personeel te nors om ons te helpen, dus we zijn de tent snel ontvlucht en doorgelopen naar een volgend restaurant, waar de bediening wel aardig was en waar we vervolgens heerlijk (zij het iets aan de luxe kant) hebben gegeten. Vooral de zelfgebakken chocoladetaart was Hester’s favoriet ;)
Met onze buik vol zijn we daarna onze tassen opgehaald bij een andere norse dame dan de vorige keer en zijn we richting het station gegaan. Daar stond onze nachttrein op ons te wachten, waar we na even wachten met nog 3 anderen in een couchette konden duiken. Nadat we onze bedden hadden uitgeklapt en opgemaakt, trokken we een lekkere fles Tsjechische wijn open om het te vieren.
Hoewel zo’n couchette een best aardige manier is om je nacht door te komen (hij kan op slot, je kunt languit liggen en is met de vacuumverpakte lakens ook nog eens prima schoon), waren er toch nog wat kleine gebreken. Door het voortdurende geschommel was Hester misselijk en kon ik de hele nacht amper slapen. Daarbij helpt het ook niet om midden in de nacht door de verschillende douanebeambten wakkergemaakt te worden. Desalniettemin een prima alternatief voor een hotel, waarbij je de volgende ochtend wakker wordt in een nieuwe stad.
In ons geval was die nieuwe stad dus Budapest. Rond een uur of 8 kwamen we met enige vertraging aan in deze hoofdstad van Hongarije, waardoor we de beoogde aansluiting naar Zagreb niet meer konden halen. Om 3:15 vertrok er een nieuwe trein, waardoor we tijd genoeg hadden om in de stad op jacht te gaan naar ontbijt. Verder hebben we er heerlijk rondgesjokt en eigenlijk niet zo veel gedaan, tot we ons ineens redelijk moesten haasten om onze trein nog te halen.
Gelukkig waren we daar nog ruim op tijd voor. Onze ervaring leert ons inmiddels dat internationale treinen hier per definitie te laat vertrekken, dus we moesten er zelfs op wachten. In deze trein kwamen we Leendert tegen, die onderweg was naar Siofok. In zijn Lonely planet hebben we nog even last-minute wat addressen opgezocht van hostels in Zagreb. In Budapest hadden we al een aantal hostels gebeld, maar de ene zat vol, de andere was onbereikbaar en een laatste had wel kamers, maar sprak zo belabberd Engels dat ze meer op een soort automatische telefoonbeantwoorder leek: op iedere vraag die we haar stelden zei ze wat terug, maar meestal was het geen antwoord op onze vraag. In ieder geval had ze kamers vrij, hoefden we niet te reserveren en moesten we na tienen aanbellen.
Eenmaal (met vertraging) in Zagreb aangekomen, bleek dat tegen te vallen. Voor de deur van het hostel zaten wat Fransen op de grond, die al tien minuten probeerden binnen te komen. Ze hadden al betaald en hun tassen binnen gelegd, maar hoewel het dametje ook tegen hen gezegd had dat ze aan moesten bellen, deed ze niet open. Gelukkig ging de deur uiteindelijk wel open, waarna we de Fransen volgden om een kamer te nemen. Toen de vrouw ons zag, snauwde ze zonder ons aan te kijken dat alle kamers vol zaten. We probeerden er nog meer uit te krijgen, maar ze leek ons liever kwijt dan rijk te zijn.
Ze bleek niet de enige te zijn. Na de hele stad afgezocht te hebben, kwamen we tot de conclusie dat er geen enkel hostel in Zagreb was dat nog kamers vrij had. We vonden wel een aantal hotels, maar 80 euro voor een nacht leek ons wat veel. Toen we op het station aankwamen om te kijken of er nog een trein te nemen was, zagen we dat we niet de enige waren die problemen hadden met het vinden van een slaapplek: een hele gang van het station lag vol met slapende en snurkende gestrande reizigers. We besloten daar tussen te gaan liggen en de eerste trein richting het zuiden te nemen.
Na een paar uur afwisselend geslapen en op de bagage en de ander gepast te hebben, dronken we een lekkere kop koffie in de stationsrestauratie, waar we nog even aan de praat raakten met een stel uit Utrecht. Die waren net vanuit Griekenland door Zuid-Kroatie getrokken en vonden het maar toeristisch en tegenvallend. Uit hun reiservaringen trokken we de conclusie dat we maar beter zo zuideljk mogelijk konden gaan. Aangezien het weer in midden Kroatie ook niet zo best was, besloten we direkt door te gaan naar Split.
De trein naar Split vertrok, zoals te verwachten, minstens een half uur te laat. Wel was het een nieuwe en luxe trein waar we koffie kregen en lekker konden slapen. De medewerkers waren erg trots op hun nieuwe speeltje en keken dan ook nauwlettend toe hoe iedereen er mee om ging. Acht uur later kwamen we (te laat) aan op Split, waar we meteen de bus namen naar Dubrovnik.
Daar kwamen we erachter dat bussen ook vertraging hebben. Met het mooie uitzicht op de Adriatische zee konden we dat dit keer wel door de vingers zien.
In Dubrovnik gingen we meteen met de lokale bussen richting de dichtsbijzijnde camping “Solitudo”. De receptionist die we daarvan aan de telefoon gehad hadden vertelde ons dat we gewoon tegen de buschauffeur moesten zeggen waar we eruit wilden en dat het dan goed kwam, maar de chauffeur leek ons niet helemaal te begrijpen waardoor we een halte te laat uitstapten en een stuk moesten lopen.
Tot overmaat van ramp begon het te regenen en werden de steile hellingen spekglad. Terwijl we de camping ongemerkt voorbij aan het lopen waren, gleed Hester uit en viel ze door het gewicht in haar tas plat op haar hoofd. Omdat ze als een hulpeloze schildpad lag te kermen heb ik haar maar snel naar de kant van de weg getild en haar daar neergezet met de strikte instructie rechtop te blijven zitten. Gelukkig hadden we ons goed voorbereid door een EHBO doos mee te nemen, zodat ik de boel rondom de stevig bloedende hoofdwond een beetje schoon kon deppen. Omdat ze zich licht in het hoofd voelde, heb ik een auto aangehouden en gevraagd of hij ons naar het ziekenhuis wilde brengen. Hester zag er aardig bloederig uit, dus hij nam ons gelukkig erg serieus, zodat we ongeveer vijf minuten later op de stoep van de “Hitna pomoć” (eerste hulp) stonden. Terwijl ze Hester’s hoofd hechtten, sprak ik nog wat met Boris, zoals onze helper bleek te heten. Morgen gaan we hem maar eens een bedankje sturen, zodat hij weet dat het goed afgelopen is met het meisje dat op zijn oprit lag. Na een klein kwartiertje stonden we namelijk weer buiten de eerste hulp en bleek er gelukkig niets ernstigs aan de hand te zijn. De hechtingen zouden na 5 dagen vanzelf oplossen en tot die tijd mogen we er met niets aan zitten.
Ondertussen was het alsnog laat geworden, maar wisten we wel waar we de camping konden vinden, zodat we er vrijwel direct naartoe konden lopen. We waren van alle gebeurtenissen nogal moe geworden, dus nadat we snel de tent hadden opgezet en een douche hadden genomen, doken we heerlijk de tent in en werden we vanochtend pas na tienen wakker.
Helaas hebben we nog steeds nergens een cartouche kunnen vinden voor onze gasbrander. De fietsen waren op bij de verhuurder, maar een scooterhelm paste probleemloos op Hester’s gewonde hoofd, dus besloten we er eentje te huren. Daarmee zijn we vandaag, nadat we even wat ontbeten hadden en een tetanusprik voor Hester hebben opgehaald, lekker rond gaan touren door de omgeving. In de stad zelf ben je als scooterrijder namelijk praktisch geen deelnemer aan het verkeer, dat toch alleen maar stilstaat.
Buiten de stad is het veel beter vertoeven. We hebben heel wat kilometers langs de kustlijn ten zuiden van Dubrovnik afgelegd, waarbij we bijna voortdurend uitkeken op de zee. Omdat we stiekem nog steeds op zoek waren naar een campinggaz cartouche zijn we bij verschillende campings en tankstations gestopt; zonder resultaat. Na de laatste stop bij een tankstation hebben we met de vangrail nog even wat krassen op de scooter gemaakt, waarvan we hopen dat ze ze morgen niet zien als we het ding inleveren.
Omdat we dus nog steeds niet zelf kunnen koken op de camping, zitten we nu in het prachtige oude stadsgedeelte van Dubrovnik (Stari Grad), waar we zometeen lekker wat gaan eten. Het is hier erg mooi, maar het internet in dit internetcafe is erg langzaam. Daarom volgen een hoop van de foto’s van wat we vandaag hebben meegemaakt later. Het deel dat we wel hebben kunnen oploaden in het uur dat we hier ondertussen al zitten, vind je wederom in het album.
Morgen gaan we nog even lekker rustig aan doen. We hebben van wat Slovenen op de camping wat tips gekregen, dus we gaan waarschijnlijk overmorgen een boot nemen naar Pelješac, een schiereiland dichtbij, waar een camping is met uitzicht op een prachtige zee. We verwachten daar voorlopig even geen internetcafe’s ;)
Pingback: Andre Foeken
Pingback: Michel