Het is alweer een tijdje geleden dat we vanuit een restaurantje “Dalmacija” met internet-aansluiting in Vela Luka, op het eiland Korcula, wat van ons lieten horen. In datzelfde restaurantje hebben we vervolgens ook meteen maar gegeten, omdat we mooi uitzicht hadden op de haven, vanwaar onze boot zou vertrekken. Ik ging voor de vangst van de dag, terwijl Hester het op “safe” speelde door een gebakken vis van het meest verse soort te bestellen. Goedkoop en lekker, dus een prima afscheid van dit Kroatische eiland.
Daarna was het tijd om aan boord te gaan van onze rit naar Split. Vanaf deze grote boot hadden we vrijwel voortdurend een prachtig uitzicht. Bij het eiland Hvar zagen we een prachtige regenboog en baalden we dat we niet van boord konden gaan om deel te nemen aan een spetterend feest dat daar aan de gang was. Daarna zijn we even naar het dek gegaan om de zon onder te zien gaan boven zee en eenmaal aangekomen bij Split was het dan ook alweer donker geworden, zodat we uitzicht hadden op een lampjesfestijn aan de kust.
In Split zijn we vrij direct op de nachttrein naar Zagreb gesprongen, nadat we kaartjes en reserveringen hadden gehaald bij het loket. In de trein bleek mijn gereserveerde stoel geen hoofdsteun te hebben, een redelijk essentieel onderdeel voor een goede nachtrust. Omdat ik weinig zin had om dan maar ergens anders te gaan zitten, met het risico midden in de nacht van m’n plaats geschopt te worden door iemand die daar gereserveerd had, probeerde ik het op te lossen met de medewerkers van de trein. Na een half uur en slechts een handjevol Engelse woorden heb ik dat uiteindelijk maar opgegeven, en zijn Hester en ik toch maar in een relatief lege coupe gedoken.
Daar ontmoetten we twee Roemenen. De een bijna afgestudeerd in moderne geschiedenis, de ander nog bezig aan een studie Theologie. Al snel raakten we aan de praat en hoewel we eigenlijk heel graag wilden slapen, hebben we eerst even de wereldproblematiek in een notendop besproken. Toen de Roemenen uiteindelijk uitstapten om door te gaan naar Istrie, konden we eindelijk slapen en hebben we de stoelen uitgeklapt en onze slaapzakken gepakt. Helaas nog maar voor twee en een half uur.
In Zagreb zijn we als zombies naar de Botanische Tuin aldaar gegaan met boodschappen voor een riant ontbijt. Helaas ging het park pas om 9:00 open, dus zijn we maar uitgeweken naar een bankje bij een nabij grasveld, waar we heerlijk hebben ontbeten.
Vervolgens was het tijd om naar ons hostel te gaan. Vanaf Korcula hadden we al gereserveerd bij hostel Ravnice, maar toen wisten we nog niet dat we zo vroeg aan zouden komen. Gelukkig bleek dat geen probleem. We werden vriendelijk ontvangen en moesten even wachten tot onze kamer was schoongemaakt. Toen dat eenmaal gebeurd was, hebben we snel ons bed opgemaakt, zijn we onder de douche gedoken en hebben we even heerlijk geslapen. Voor de zekerheid hadden we de wekker gezet op 15:00 en toen die ging zijn we na enig twijfelen over het wel of niet doorslapen toch maar richting het centrum gegaan. Onderweg doken we een groot park in om daar even heerlijk in het gras niets te doen. Na nog even een stevige bak in een caffebar gedronken te hebben, zijn we vervolgens op zoek gegaan naar een hapje te eten.
Die zoektocht bracht ons al snel bij een klein restaurantje in de stad, waar we deze keer besloten het eens niet op “safe” te spelen. In Kroatie zagen we namelijk regelmatig vis per kilo op de kaart staan en dit keer konden we onze nieuwsgierigheid niet bedwingen en besloten we er naar te vragen. Het oude vrouwtje dat ons bediende wist ons vervolgens uit te leggen dat dat de verse vangst was en nadat we haar om advies vroegen kwam ze met een bord met rauwe vis aanzetten om ons enthousiast aan te wijzen welke het waren. Op haar aanraden hebben we vervolgens voor een traditioneel Dalmatische combinatie compleet met groenten gekozen.
Toen het gesis vanuit de keuken gestopt was, kwam hetzelfde vrouwtje aanzetten met onze maaltijd. Tot lichte ontzetting van Hester lag een van de eerder geshowde vissen ons vanaf een zilveren schaal nog steeds aan te kijken, dit keer gebakken. Echt geschokt was ze pas toen we klaar waren met eten en het vrouwtje ons heel verontwaardigd vroeg waarom we het lekkerste hadden laten liggen en ik op haar aanwijzing de kop van de vis openbrak voor de laatste restjes extra malse vis.
Het bleek uiteindelijk een redelijk prijzige, maar unieke ervaring, waarna we maar snel terug gingen naar het hostel, om daar als baby’s in slaap te vallen op onze kamer, waar nog twee Italianen bijgekomen waren die ook vroeg op moesten om naar Boedapest te reizen.