Als student wordt er regelmatig van je verwacht dat je in staat bent een presentatie te geven. Automatisch betekent dat ook dat je regelmatig uren achtereen die van anderen moet verdragen. Afgelopen vrijdag was het weer zo ver: vier uur lang presentaties, waarbij ik zelf ook verantwoordelijk was voor één “slot” van 15 minuten (10 min. presentatie, 5 min. vragen). Zoals te verwachten was ik weer eens veel te laat begonnen met voorbereiden, maar toch wilde ik het dit keer eens anders doen :)
In plaats van direct aan de slag te gaan met Powerpoint (ik gebruik trouwens Keynote), besloot ik eerst eens wat in te lezen op het onderwerp. Daarbij kwam ik al snel uit op Presentation Zen, een geweldige site met erg veel nuttige informatie, die helaas momenteel nogal toegewijd lijkt te zijn aan een binnenkort te verschijnen boek. Wel was het een goed startpunt naar mooie, nieuwe, gekke en bruikbare presentatietechnieken.
Zo vond ik allereerst de Takahashi Methode. Een Japanse presentatietechniek waarbij elke slide alleen maar tekst bevat. Niet zo maar tekst, maar reusachtig grote tekst en dan het liefste zo min mogelijk, als ware het een krantenkop. Daarbij weet je in ieder geval zeker dat je niet perongeluk je halve presentatie al op je slide hebt staan en dat gaat voorlezen.
Een ander presentatieformat dat ik vond, wederom met een Japanse naam, is Pecha Kucha (spreek uit “petsjaksja”). Dit is ondertussen uitgegroeid tot een ware sport, waarvan evenementen over de hele wereld worden georganiseerd. Het idee van Pecha Kucha is heel simpel: iedere spreker mag 20 slides presenteren en per slide maximaal 20 seconden bespreken. Hierdoor duurt een presentatie dus maximaal 6:40 en blijft het publiek wakker. De filosofie is die van vrijheid door restrictie: je mag maar 20 seconden per slide besteden, maar blijft dus ook nooit te lang hangen op één slide waardoor je de aandacht van het publiek verliest. Hoe dat er uit ziet, zie je in een voorbeeld van Wired’s Daniel Pink:
Nog meer wijsheid, wederom uit het Verre Oosten, komt van Guy Kawasaki. Zijn 10/20/30-regel is simpel: gebruik maximaal 10 slides, 20 minuten en geen font kleiner dan 30 punten. Net als bij de Takahashi Methode voorkom je zo dat je je slides als notities gaat gebruiken voor jezelf en blijven je presentaties beknopt en to the point.
Deze drie formats zijn natuurlijk slechts richtlijnen. Ze bevatten wijsheid ook als je ze niet volledig toepast. Ze zijn niet voor niets zo zweverig. Er zijn ook heel veel meer goede presentatietips te vinden. Er zijn sites vol met praktische tips, zevenstappenplannen en persoonlijke ervaringen. Extra bijzonder is deze vergelijking tussen Bill Gates en Steve Jobs.
En het kost echt niet veel tijd. In 1 uur lees je het gros van bovenstaande links door en heb je voor jezelf een aardig beeld van wat je wel en niet wil doen. Zelf heb ik een mash-up gemaakt van de Pecha Kucha filosofie (grafisch, niet te lang, idealiter 20 seconden praten per slide), de Takahashi-methode (zo min mogelijk tekst per slide) en de minimale font-size van 30pt van Guy Kawasaki. Omdat ik wel graag een vooruitzicht wilde geven van wat er komen ging, heb ik een uitzondering gemaakt voor de “inhoudsopgave” slide.
Tot slot had ik nog wat eigen toevoegingen. Zo brak ik het ijs door daar niet met een inhoudsopgave, maar met een “grappige” anekdote te beginnen. Ook blijft een presentatie, hoe je het ook wendt of keert, uiteindelijk gewoon een monoloog. Nu ben ik niet de slaapverwekkendste spreker, maar ik kan het me voorstellen dat het verfrissend is om tussendoor ook eens een andere stem te horen. Daarom heb ik voor twee slides in plaats van een plaatje, gekozen voor een filmpje. Uiteraard Pecha Kucha-style maximaal 20 seconden ;) Last but not least geldt natuurlijk altijd de gouden tip: Oefenen! Het klinkt suf, maar door ook maar één keer te oefenen, merk je dat je de woorden waar je eerst nog op struikelde ineens wel paraat hebt en je een stuk vloeiender presenteert :)
Het resultaat heb ik niet opgenomen, maar hier vind je mijn slides.
Uiteindelijk was ik wel blij dat ik me wat beter had voorbereid dan anders. Mijn “presentatieslot” bleek helemaal aan het einde te zijn, toen de zaal al helemaal uitgekauwd was van drieëneenhalf uur presentaties. Er is niemand in slaap gevallen en dat allemaal met minder dan drie uur werk. Het kost dus amper meer moeite om een presentatie inelkaar te draaien die niet bestaat uit honderden bullets en lappen tekst. Deden ze dat allemaal maar…
Pingback: Liang
Pingback: famoushackergroups.weebly.com