Soms lees je nieuws waarvan je broek direct afzakt. Zo ook dit bericht over een vrouw die 250.000 euro heeft geëist van een ziekenhuis nadat ze tegen haar wil en geloofsovertuiging een bloedtransfusie had gekregen van een Italiaans ziekenhuis.
Nu wil ik het ook niet direct opnemen voor het ziekenhuis, als een toerekeningsvatbare patiënt aangeeft dat ze iets onder geen beding wil moet je dat respecteren, maar dit gaat me echt te ver. Een ziekenhuis dat je leven heeft gered aanklagen voor geld is niet alleen ondankbaar maar ook nog eens egoïstisch en onverantwoordelijk. Dat geld kan zo’n ziekenhuis beter besteden.
Geef dan dat bloed maar terug en ga alsnog dood, zou je bijna zeggen. Goede tip voor een volgend ziekenhuis:
Een mediagevoelige kritiek betreft het verbod op bloedtransfusies, vooral wanneer het kinderen betreft die zelf nog geen keuze kunnen maken. Zowel inhoudelijk is er kritiek op die leer als op de inconsistenties ervan. Een bekend voorbeeld van inconsistentie in dit verband is het standpunt tegenover bloedplasma. Bloedplasma bestaat voor ongeveer 92 procent uit water; de rest bestaat uit kleine bloedbestanddelen zoals globulines, fibrogenen en albumine. Elk van deze bestanddelen afzonderlijk wordt beschouwd als “acceptabel”, maar een transfusie van deze componenten in samengevoegde vorm (dus als bloedplasma) is een grondslag voor excommunicatie (uitsluiting).
Zoals uit bovenstaand voorbeeld blijkt, wordt het verbod ook toegepast op bloedbestanddelen en zijn transfusies van witte of rode bloedlichamen ook verboden. Maar andere componenten worden wel toegestaan (zoals de genoemde kleine bloedbestanddelen ofwel bloedfracties). Critici wijzen op het arbitraire karakter van de samenstelling van categorieën van verboden en toegestane bestanddelen.
Bron: Wikipedia.